“Deze crisis is het bewijs dat er nood is aan ‘slimme’ kleding”

Fashiontech-ontwerpster Jasna Rok

Het is niet evident om de activiteiten van ontwerpster Jasna Rokegem onder één noemer te plaatsen. De jonge Belgische is het brein achter de eerste FashionTech-ontwerpstudio in België, genaamd Jasna Rok, waar innovatieve technologieën gecombineerd worden met interactieve mode. Maar haar interesses zijn breder dan alleen mode. We spraken over de FashionTech-industrie, empathie, de coronacrisis (uiteraard) en haar nieuw project: ‘Opera on Brainwaves’.

Jasna Rok_Elise Caluwaerts

“’Opera on Brainwaves’ is een samenwerking met de Belgische operazangeres Elise Caluwaerts. Met dit project verkennen we thema’s als verbinding, zelfbewustzijn, intimiteit en empathie binnen een technologisch hoogstaand spektakel.”

Is empathie een belangrijk motief in je werk?
“Zeker en vast, ‘Opera on Brainwaves’ gaat over het visualiseren van emoties. Daardoor maakt het een abstract begrip tastbaar. Door er gewoon naar te kijken stimuleert het je ontwikkeling van empathie en medeleven. Daarnaast is er ook mijn laatste project ‘(RE)Connect’ in samenwerking met Nokia Bell Labs, dat nu bij NASA staat: het eerste intelligente kledingstuk in de wereld. Het detecteert emoties, en simuleert die aan de hand van kleuren en voelbare feedback. Op dit moment zitten we met de social distancing-regel, maar dat wil niet zeggen dat contact onmogelijk is. Het brengt juist nieuwe mogelijkheden met zich mee om op andere manieren met elkaar verbinding te zoeken. Een intelligent kledingstuk zou in deze situatie ideaal zijn. Denk maar aan alle mensen die nu alleen zitten, zoals grootouders die niet weten hoe ze moeten Skypen. Stel je voor dat zij een kledingstuk hebben dat niet alleen hun gezondheid in de gaten houdt, maar hen ook in contact brengt met anderen. Een kledingstuk dat je gevoelens doorstuurt naar iemand anders. Dat is een totaal andere manier van communiceren. Zonder woorden, en alleen op basis van wat iemand voelt.”

Ik neem aan dat niet iedereen zomaar zijn of haar gevoelens graag kenbaar maakt?
“Natuurlijk niet, maar dat is ook deels mijn bedoeling. Dat is de artiest in mij die wil provoceren. Je moet mensen uit hun comfortzone trekken. Als zij dat niet willen, des te beter: dan krijg je weerstand en wordt er dieper nagedacht over waarom ze zoiets niet willen. Daarnaast leer ik er zelf ook uit. Vandaar de voelbare feedback, en niet enkel visuele feedback. Op die manier kun je zelf kiezen of je het voor jezelf houdt of deelt. Want los van het feit dat je je gevoelens kunt delen met anderen, geeft het ook de kans tot introspectie. Geconfronteerd worden met gevoelens maakt je bewuster over wie je bent en wat je voelt. Uiteindelijk zou dat zorgen voor veel minder depressies en burn-outs, omdat mensen sneller aanvoelen wat hun lichaam en geest hun vertelt.”

“GECONFRONTEERD WORDEN MET GEVOELENS MAAKT JE BEWUSTER OVER WIE JE BENT EN WAT JE VOELT.”

Foto Jasna Rokegem

Hoe is het idee voor ‘Opera on Brainwaves’ tot stand gekomen?

“Heel spontaan. Vorige zomer zaten Elise en ik in San Francisco, waar we tussen de schilderijen van Rubens in het Legion of Honor-museum een operavoorstelling op poten zetten. Elise droeg toen een kledingstuk van mijn ‘Fashion on Brainwaves’–collectie, een jurk die van kleur veranderde op basis van haar hersenactiviteit. De voorstelling was een enorm succes, en mensen reageerden heel positief: ze gingen sneller met elkaar in gesprek en waren veel toegankelijker tegenover vreemden. Toen kwamen we tot het akkoord dat we daar verder mee moesten, het grootser aanpakken. ‘Fashion on Brainwaves’ is vooral een project rond empathie: hoe drukken mensen zich uit, en hoe kunnen we medeleven en empathie stimuleren? Met de coronacrisis is dat relevanter dan ooit.”

Hoe kwam je erop om een brug te slaan tussen mode en technologie ?
“Ik had altijd al een technologische aanleg. Mijn vader is mekanieker, en hij leerde me op jonge leeftijd al dingen zoals lassen. Op de middelbare school studeerde ik Latijn-Wiskunde, en daar heb ik een interesse voor de wetenschap ontwikkeld. Daarnaast was mode altijd al een passie voor mij. Uiteindelijk heb ik een manier gevonden om al die domeinen te combineren, en daar ben ik heel blij om.”

Kreeg je niet vaak te maken met sceptici wanneer je met zulke hoogtechnologische ideeën op de proppen kwam?
“Zeker weten. Ik studeerde in Nederland, waar ik altijd een beetje het buitenbeentje was. In het begin dacht ik dat het een doodgewoon cultuurverschil was. Maar toen ik in het laatste jaar – na mezelf maandenlang te verdiepen in de neurowetenschappen – kwam opdagen met het idee om kledij te verbinden met de hersenen, dan zag je de lectoren wel kijken: ‘Oké, we wisten dat ze zot was, maar zo zot?’”

Hoe heb je dat aangepakt, kennis verzamelen over de neurowetenschappen?
“De hersenen zijn het meest complexe orgaan dat er bestaat, maar dat maakt het net zo interessant. Er valt online een hele hoop over te vinden. Daarnaast ben ik zelf beginnen experimenteren. Ik heb tijdens mijn laatste jaar ook meegedaan aan een hackathon van de European Space Agency in Noordwijk. Daar leerde ik twee ingenieurs kennen en een docent die uitermate intelligent is met data. Met die mensen heb ik dan onderzocht welke soort breinsensor de beste keuze was voor hetgeen ik wou maken. Toen begonnen de lectoren me wel iets serieuzer te nemen, en gelukkig liet het opleidingshoofd me vrij om te doen wat ik wou. In mijn derde jaar werd ik gekozen om een samenwerking te doen met de John Hopkins University in Baltimore, en ik heb daar toen een installatie gebouwd waarvan niemand dacht dat het mogelijk was. Daarna twijfelden mijn docenten niet meer aan me. Intussen werk ik samen met universiteiten, professoren en organisaties om wetenschappelijke analyses te doen, en krijg ik veel vertrouwen.

Jasna Rok is voorlopig de enige FashionTech-ontwerpstudio in België. Denk je dat er een grotere markt voor bestaat, met ruimte voor meer spelers?
“Op dit moment ben ik inderdaad, voor zover ik weet, de enige in België. Ik probeer natuurlijk zoveel mogelijk mensen te inspireren en warm te maken voor het concept, maar dat wringt een beetje met de typische Belgische ingesteldheid. We zijn heel voorzichtig en berekend. Je moet ook weten dat er in onze modeacademies niet veel plaats is om gekke dingen te proberen. Mijn studies aanvatten in Nederland was wel degelijk een weloverwogen keuze.”

Heb je, al dan niet over de grenzen heen, nog gelijkgestemden leren kennen?
“Absoluut, het is soms zelfs een beetje spooky als je mensen tegenkomt die op eenzelfde manier als jij denken. Het heerlijke is dat je eerder concullega’s bent dan gewoon concurrenten. We zitten allemaal in dezelfde vijver, maar toch zijn we allemaal anders gespecialiseerd. Dat zorgt ervoor dat er heel wat appreciatie is voor elkaar. Enorm fijn is dat, want de modewereld zelf is een stuk individualistischer.”

Komt dat samenhorigheidsgevoel dan voort uit het feit dat jullie allemaal buitenbeentjes waren?
“Mode en technologie samen is een compleet nieuwe wereld die opengaat. Een wereld waar er zo veel nieuwe dingen te doen zijn en te ontdekken vallen. Waarom zouden we dan het eerste stukje land dat we tegenkomen claimen en onze vlag er zetten, in plaats van samen te werken? Daar haalt iedereen voordeel uit. In het algemeen is er ook een conscious-shift, die nu door de coronacrisis nog meer in versnelling komt: we moeten het allemaal samen oplossen. Alleen kom je er niet. Dat besef leeft wel in de FashionTech-wereld.”

“WE MOETEN HET ALLEMAAL SAMEN OPLOSSEN. ALLEEN KOM JE ER NIET. DAT BESEF LEEFT WEL IN DE FASHIONTECH-WERELD.”

Welk gevolgen heb jij ondervonden van de coronacrisis?
“Je ziet alles in elkaar stuiken. Alle events worden afgelast, waaronder ook de persconferentie enkele weken geleden voor ‘Opera on Brainwaves’, met als gevolg dat we nu extra hard op zoek moeten naar nieuwe sponsors. En het is niet evident om op dit moment bedrijven warm te krijgen voor nieuwe projecten. Aan de andere kant is deze crisis het bewijs dat er een nood is aan ‘slimme’ kledij. Als we nu kledingstukken zouden hebben die je temperatuur kunnen meten, dan zouden alle thermometers niet uitverkocht zijn. Of we zouden met alle data die de kledingstukken verzamelen in kaart kunnen brengen waar de meesten zieken zich bevinden, en zo actie ondernemen. We staan eigenlijk voor een nieuwe start. De coronacrisis gaat een zware impact hebben op alle domeinen, dus waarom niet even stilstaan en alles opnieuw evalueren vanuit authenticiteit, kwetsbaarheid, transparantie en empathie?”

Je droom is om een kledingstuk te ontwerpen dat dienst doet voor alles. Eén kledingstuk to rule them all.
“Dat is mijn doel. Als je een kledingstuk hebt dat van vorm en kleur kan veranderen, heb je eigenlijk maar één kledingstuk nodig. Momenteel wordt er veel gepleit voor duurzaamheid. Eén kledingstuk dat dienst doet voor een hele kleerkast, dat is écht duurzaam. Samen met mijn verloofde, een nanotechnoloog, ben ik aan het kijken of we nano-coating kunnen maken die vijf jaar lang antiviraal blijft. Op die manier zouden we textiel kunnen creëren dat antiviraal is op zichzelf. Ik probeer met Jasna Rok gewoon duidelijk te maken dat het mogelijk is, dat zulke ideeën helemaal zo gek niet zijn.”

De modewereld is ook niet de enige industrie waar je actief in bent?
“Het feit dat ik bruggen kan bouwen tussen industrieën en future applications kan ontwikkelen in allerlei domeinen vind ik nog het leukst. De ruimte is al jaren mijn inspiratie. Alle innovatie komt daaruit voort. Zonder de ruimte-industrie zouden we geen telefoon, GPS of zelfs nog maar een tefalpan hebben. Ik zou zelf graag naar de ruimte gaan met een intelligent kledingstuk. Als ik er dan ook eentje achterlaat op aarde zou ik de eerste persoon kunnen zijn die gevoelens verstuurt door de ruimte. Daarnaast werk ik ook veel met de farmaceutische industrie. Daar is iedereen het eens dat het alsmaar belangrijker wordt om preventief te werk te gaan. Professor Koen Kas, een van mijn partners, schreef het boek ‘Nooit meer ziek’, waarin hij pleit voor een geneeskunde die ons niet alleen geneest maar vooral ook gezond houdt, en misschien zelfs ‘beter’ maakt. Op dat vlak is een kledingstuk, dat constant je gezondheid meet, ideaal.”

“Ten slotte heb ik ook al dingen mogen lanceren in de auto-industrie. Een paar jaar geleden heb ik samen met Volkswagen in India een nieuwe auto gelanceerd waar ik toepassingen voor mocht neerzetten. Denk aan een verwarmingssysteem dat zich automatisch aanpast op basis van je noden, of een stoel die je lichaamsgewicht kan meten en advies kan geven. En er zijn nog veel meer toepassingen denkbaar: een auto die taxi- of truckchauffeurs vertelt wanneer ze te moe worden om te rijden, of een auto die van kleur verandert om bijvoorbeeld gevaar aan te geven.”

Zijn er recente ontwikkelingen of evoluties waar je enthousiast van wordt?
“Veel jongeren zijn een stuk bewuster, hebben meer ballen aan hun lijf en zijn veel meer bezig met duurzaamheid, daar word ik enthousiast van. Zo heb je bijvoorbeeld Eva Eyskens, die net afgestudeerd is en op een heel duurzame manier haar collectie over de twaalf archetypes van mensen gelanceerd heeft. Of Pauline van Dongen die met hernieuwbare energie bezig is en zonnepanelen in kleding probeert te verwerken. Op vlak van high-tech zijn er natuurlijk constant nieuwe interessante ontwikkelingen. We kunnen 3D-printen op stoffen, we kunnen allerlei sensoren verwerken in kleding… Er worden veel meer bruggen gebouwd tussen ingenieurs en ontwerpers, en dat is een enorm goede zaak.”